op Gepost in de categorie Nieuws

Stichting VHV (Vrienden van de Historie van de Vakbeweging) en Stichting SBI organiseerden 6 september jl. een bijeenkomst over de 200 van Mertens. Voor de huidige generatie is ‘de 200 van Mertens’ een onbekend begrip, maar voor vele ouderen een herkenbare uitspraak. Lees hieronder de reflecties over deze bijeenkomst van Jeroen Smit. En bekijk hier het filmpje waarin Catelene Passchier, Alexander Rinnooy Kan en Annemarie Jorritsma hun mening geven over “Macht”.

Reflecties van Jeroen SMit

Groei-Meer

  • De ‘200’ van Mertens heeft, in verschillende samenstellingen de afgelopen 75 jaar welvaart-technisch geweldig gedaan, grofweg tot de crisis van 2008 was er vertrouwen…
  • Het morele kompas van die elite werd natuurlijk lang (en voor velen herkenbaar) gestuurd door de kerk, sinds WO2 in toenemende mate door politiek/overheid en sinds de Val van de Muur vooral door de markt (a-morele economische principes). Steeds nadrukkelijk gekenmerkt door adagium: groei, meer!
  • In Het Drama Ahold en De prooi….beschrijft Jeroen Smit hoe dit denken het creëren van waarde voor de aandeelhouder de afgelopen 25 centraal heeft gesteld. Hoe het leiderschap in het bedrijfsleven zich daardoor laat leiden. Het is winnen-verliezen, de grootste willen worden, etc. Ieder voor zich. Dagkoersen regeren, in het bedrijfsleven en in de politiek.
  • Goed voor de welvaart: de consument-in-ons floreerde/consumeerde erop los, maar de burger-in-ons kreeg het moeilijk, want wie ontfermt zich over het gemeenschappelijke belang (the common good)? Waar wordt richting aan ons bestaan gegeven?

Wantrouwen, wie ontfermt zich over de gemeenschap?

  • Sinds het begin van dit millennium kalft het vertrouwen in de elite af (gaan we van high trust naar low trust), leidend tot de financiële vertrouwenscrisis van 2008.
  • Banken, multinationals worden steeds nadrukkelijker gezien als instituten die zich niet meer ontfermen over het gemeenschappelijke welzijn. Globalisten, bestuurlijke elite, mensen die nergens thuishoren, worden gewantrouwd.
  • De bejubelde mondialisering, we hebben een markt, wordt in toenemende mate geconfronteerd met onbegrip en wantrouwen…Brexit-Trump-Baudet, klimaatontkenners winnen verkiezingen…
  • Daaronder groeit het besef het gaat er niet om dat die wereld een markt is, het gaat om het besef dat we maar een wereld hebben. Het klimaat, het gat tussen arm en rijk….wie ontfermt zich hier dan wel over? De markt heeft geen oplossingen voor het bewaken van de grenzen van onze planeet, wie wel/ wie grijpt in?

Hoopvolle blik op wat komen gaat/ de top 200 in 2030

  • De zoektocht naar een nieuwe gemeenschappelijk taal/ leiderschap is bezig. Saving the soul of capitalism: verschuiving naar focus op lange termijn resultaten, inclusief de belangen van andere stakeholders. 181 leden van de Amerikaanse Business Round Table namen eind augustus 2019 in een manifest afstand van Milton Friedmans; ‘the business of business is business’
  • Er bestaat niet zoiets als vrijheid zonder verantwoordelijkheid. Bedrijven die stellen op de wereld te zijn om geld te verdienen, hebben geen bestaansrecht. Niemand kan succesvol zijn in een wereld die faalt.
  • Het belang van het Parijse klimaatakkoord en de SDG’s als leidraad voor de toekomstige top 200 (Sijbesma staat nu al op 1 in de VK top 200).
  • Misschien hebben we daar wel een paar vreselijke crises voor nodig, helaas. Maar afrekenen op duurzaam-circulair-verantwoordelijk wordt de norm.
  • Jeroen Smit trekt een paar voorzichtige lessen op basis van zijn onderzoek/boek naar –over Unilever ‘’Het Grote Gevecht & eenzame gelijk van Paul Polman’’. Dit verhaal is een poging om na Ahold en ABNAmro-drama’s antwoord te geven op de vraag: maar wat dan wel? Wat voor soort leiderschap in het bedrijfsleven heeft de wereld nodig…?
  • Unilever is een multinational die groot is geworden door vooral locaal te blijven, vanaf 1994 naar het voorbeeld van Amerikaanse concurrenten als Procter&Gamble ging’globaliseren’/ aandeelhouderswaarde centraal ging stellen en nu voorzichtig het lokale en vooral duurzame weer centraal probeert te stellen. Glocaal dus.

 

Over het congres

Toen

Op zaterdag 19 oktober 1968 is NKV-voorzitter Jan Mertens afgereisd naar Sneek om het jubilerende NKV-district Friesland toe te spreken. Hier spreekt hij de gedenkwaardige woorden: “In Nederland hebben wij in ons economisch bestel te maken met wat ik zou willen noemen een lijnenspel. Onlangs hebben wij gesteld dat de hele economie in ons land in handen is van rond tweehonderd personen. Van een groep mensen die elkaar goed kent en elkaar frequent ontmoet in verschillende colleges. Het is zowel een machtige, financieel sterke als beangstigende groep.

Vanaf 1968 is de onzichtbare machtsconcentratie, in handen van enkelen, een regelmatig terugkerend maatschappelijk thema. In 1998 (met een update in 2000) verscheen onder meer de Atlas van de macht. De vanaf 2006 jaarlijks verschijnende top 200 van De Volkskrant is eveneens een duidelijke erfenis van de ‘200 van Mertens’.

Vandaag en morgen

Maar we kunnen ook een stap verdergaan: ‘ligt de machtsconcentratie nog wel bij de ‘200’ of verschuiven de panelen zo snel, dat ook de macht geglobaliseerd is en staan wij machteloos?’

Een debat dat ruim 50 jaar na de uitspraak van Mertens nog iedere keer gevoerd zal moeten worden. Met vragen als ‘waar ligt de macht?’, en ‘hoe kan je er invloed op uitoefenen?’. We hebben twee prominente sprekers uitgenodigd die deze middag hun licht over deze vraagstukken laten schijnen.

Prof. Dr. F.N. Stokman, RU Groningen
Hij was één van de onderzoekers, die in 1975 “Graven naar macht” publiceerde. Aanleiding tot dit onderzoek was de uitspraak van Mertens in 1968.

Jeroen Smit
Een Nederlands bedrijfskundige en journalist. Van september 2011 tot september 2015 was hij hoogleraar journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen en hij is onder meer auteur van ‘De Prooi: Blinde trots breekt ABN Amro’.

Praktijk van alledag

Belangrijke spelers uit de polder van vandaag gaan met elkaar en met de mensen in de zaal in debat over ‘waar ligt dan die macht en welke invloed hebben we en willen we hebben?’

Cees Oudshoorn (algemeen directeur VNO-NCW)
Zakaria Boufangacha (lid hoofdbestuur FNV)
Ferd Crone (lid Eerste Kamer voor de Partij van de Arbeid).